Uit onderzoek in opdracht van het kabinet blijkt dat één op de drie werkgevers vrijwel altijd een concurrentiebeding als een standaardclausule in het arbeidscontract hanteert. Veel werknemers die aan een concurrentiebeding gebonden zijn, hebben echter geen toegang tot kennis en relaties die de concurrentiepositie van de werkgever kunnen schaden, en het is dus de vraag of de binding aan een concurrentiebeding noodzakelijk is. Tevens zegt 35 procent van de werkgevers het beding te gebruiken om schaars personeel vast te houden, waar het beding nadrukkelijk niet voor bedoeld is.
Omdat door het gebruik van onnodige concurrentiebedingen de arbeidsmobiliteit onnodig geremd wordt, is minister Van Gennip van plan een aantal wijzigingen van de regels rondom het concurrentiebeding uit te werken in een wetsvoorstel.
De door de minister voorgenomen wijzigingen, die zij heeft toegelicht in haar Kamerbrief van 2 juni jl., zijn de volgende:
- Het concurrentiebeding wordt wettelijk begrensd in duur.
- Het concurrentiebeding moet geografisch worden afgebakend, specifiek en gemotiveerd in het contract.
- De werkgever moet in vaste contracten het zwaarwichtig bedrijfsbelang van een concurrentiebeding motiveren (dit geldt al voor tijdelijke contracten).
- Als een werkgever een vertrekkende werknemer aan het concurrentiebeding houdt, moet de werkgever een vergoeding betalen aan de werknemer. Dit wordt een wettelijk bepaald percentage van het laatstverdiende salaris.
Eerder door de minister aangekondigde wijzigingen die zijn gesneuveld en dus niet in het wetsvoorstel zullen worden opgenomen, zijn:
- het verval van het concurrentiebeding bij faillissement (Nb. Bij het ministerie van Justitie en Veiligheid loopt een traject waarbij wordt bezien hoe de positie van werknemers bij een bedrijfsvoortzetting na faillissement kan worden verduidelijkt. In dat kader zal dan ook nader worden stilgestaan bij de toepassing van een concurrentiebeding in een faillissementssituatie.);
- het uitsluitend kunnen inroepen van het concurrentiebeding als het ontslag op initiatief van de werknemer plaatsvindt; en
- het verval van het concurrentiebeding bij ontslag tijdens de proeftijd.
Het wetsvoorstel wordt naar verwachting eind 2023 aangeboden voor internetconsultatie. Zodra het wetsvoorstel er ligt en duidelijk is hoe de vier wijzigingen uitgewerkt worden, hoort u dat van ons.
Heeft u een vraag over het concurrentiebeding of een andere arbeidsrechtelijke kwestie? Wij helpen u graag verder.
Brigit van de Ven-Meier, vandeven@milestoneadvocaten.com, +31 6 23 93 65 79
Caroline van der Zwet, vanderzwet@milestoneadvocaten.com, +31 6 29 59 71 64
Frouke Vlaskamp, vlaskamp@milestoneadvocaten.com, +31 6 50 60 23 15
Caroline Huizinga, huizinga@milestoneadvocaten.com, +31 6 30 62 82 82